johan hyddyng conventuaal te Dyckenynge als kerkheer te Blydensteden belooft aan de kerspellieden aldaar, bij zich in de wedeme een priester te zullen aanstellen ten behoeve van het priesterlijk werk in de kerk; onder bepaling: 1o. dat de kerkheer voor kost en loon van den priester het genot zal hebben van de (genoemde) inkomsten der St. Katherine-vicarie in de kerk te Blydensteden; - 2o. dat voor de gevers dier inkomsten een mis zal worden gevierd op de 4 hoogtijden, alle O. L. V.-, alle Apostel-, alle Zondagen en alle dagen als een olt dode daer is in der kercken vorser. Met vermelding der goedkeuring door henric van dwinglo abt en de cloester-lude te Dyckeninge, en door heyne beenens, johan ludens, johan hemminge, andrees hughens, peter votes, cleys godikens, siwert NEZENS en herman hennikens, als verwaerres des altaers ende vaghede der kercken, en de gemeene kerspellieden. Met medebezegeling door genoemden abt en het convent van Dickeninge en door martyn bisscoping priester en johan wolters, kerkheeren te Dwinglo en te Kukanghen, en johan wordinge vicaris te Dwinglo.
