Nederlands (NL)  German (DE)
Nummer:dik364 Datum:tweede helft van mei 1520 Overlevering:Afschrift Vindplaats:Arch. Abdij Dikninge, inv.nr. 1, fol. 43r, reg. 364

herman van den cloester bepaalt, in tegenwoordigheid van den proost van Clarenwater en johannes vischer van Kouerden, in het geschil tusschen den abt van Dickeninge, den proost van Swartenwater, den prior van Bilheem, herman van den cloester, oestenwolde van vollenhoe en joffer van den cloester toe dunningen, als geërfden van Ouerreesten, en aelt van herderwijck, als pastoor aldaar: - dat de pastoor zijn vee zal drijven over alle driften, die de buren'gebruiken, doch dat hij het door hem in gebruik genomen land aan de meente moet teruggeven, terwijl de buren mogen behouden het land voor zijne komst van de meente afgegraven, doch eveneens moeten teruggeven het in zijn tijd van de meente afgegravene.

Bron Recto Dorso Vertaling Relatie Zegels Materiaal Literatuur Index N.B.
Recto:
x
x
Archief Drents Archief
Fonds Arch. Abdij Dikninge
Toegangsnummer 440
Inventarisnr. 1
Fol.nr. fol. 43r
Regestnr. 364
Jaar 1520
x
Taal Middelnederduits
Schrift begin 16de eeuw
Afbeelding 1
Negatief 3-Rc-50
x
Materiaal perkament