Frederik, bisschop van Utrecht, verklaart met de steden Deventer, Kampen en Zwolle een overeenkomst te hebben gesloten omtrent het gebruik van de toren Arkelstein in de oorlog tegen Reynold van Coevorden.

Frederic, by der ghenaden Godes bisscop tUtrecht, maken kond allen luden, dat wij hebbengheloeft ende loven trouweliken ende
vastliken onsen drien hoeftsteden van Zalland, als Deventer, Campen ende Zwolle, want wy mit hem overdraghen sin alse van onsen
toren ten Arkelsteyne, dat wij ons mit onsen vrienden up denselven toren dit oerlogh lanc, dat wij bestaen hebben tgeghen Reynalt van Koeverden,
behelpen moeghen. Als wanneer dat oerlogh vors. gedaen is, dat wij dan onsen vors. toren weder overleveren soelen in verwaringe onser drier
steden vors. toe behoef onss gestichts van Utrecht in alre maten, alst n[u] st[ae]t, sonder enigherhande upslach ende sonder arghelist. In
orconde des so hebben wij onse seghel an desen breef doen hanghen. Gegeven int jaer ons Heren dusent driehondert viif ende neghentich des
Vrijdaghes na ons Heren Hemelvaerdsdach.

x

x

Fonds	Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr	885
Olim	Naar het origineel in het gemeentearchief te Deventer (Inv. no. 385), hoog 12, breed 30 cm. Ook in afschrift in het register, Inv. no. 1607, fol. 118vo (Bijl. Inv. blz. 217), aldaar.
Jaar	1395
Datumcode	VpAscDom

x

x

Commentaar	Het zegel is afgevallen.

x

Materiaal	papier

x

Edities	P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 885.