Nederlands (NL)  German (DE)
Nummer:ogd0938 Datum:4 nov. 1396 Overlevering:Editie Vindplaats:Oorkondenboek Groningen en Drenthe, nr. 938

Hertog Albrecht van Beijeren schenkt aan Pieter Reynerszoon enig land aan het Groninger Diep tot een altijddurend erfleen en geeft hem het schoutambt van Groningen voor zijn leven.

Bron Recto Dorso Vertaling Relatie Zegels Materiaal Literatuur Index N.B.
Aelbrecht etc. doen cond allen luden, dat wy om diensts wille, die ons Pieter Reynerszoon ghedaen heeft ende noch doen sal, ende om groten
coste, die hi om onsen wille in onsen dienste gedaen heeft, ghegeven hebben ende gheven mit desen brieve tot enen onversterflike erfleen een
deel lands van tweedusent roeden lang ende dusent roeden breet, elke roede gherekent voir twee ende dertich voete, mit alsulke husen als dair nu
ter tijt op staen ende gelegen is in Vrieslant aen gheen side Groeningher Diep , welc lant beghinnen sal neffens Waseghenhuse . Ende dit voirs.
lant sal men verheerwaerden mit enen roden sperwaer, so wanneer versterft ende versoeken te hove binnen sjaers ende binnen daghe. Voirt soe
gheven wy Pieter voirnoemt tot sinen lyve dat scoutambt te Groeninghen, Binnendijc ende in den Upga mit allen sinen toebehoren, ende die
scepenen te setten binnen Groeninghen in alre maten, als costumelic is. In oirconde desen brieve besegelt mit onsen segele. Gegeven in den Hage
tSaterdaghe na Alreheiligen dach int jair XCVI. Jussu domini ducis Alberti, presentibus de consilio domino de Gomnengiis, domino de Egmonda,
domino Florencio de Borsalia, domino Wilhelmo de Cronenburgh et domino Conraido Cuser, dominus W. de Couster, archidiaconus Trajectensis ,
Godekinus de Diepenbroek.
Recto:
x
x
Fonds Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr 938
Olim Naar een gelijktijdig afschrift in een handschrift (1390-1401 Liber V, Aelbrecht, cas E, fol. 224vo) in het rijksarchief te 's Gravenhage. Ook gedrukt bij Driessen, blz. 778.
Jaar 1396
Datumcode SpOmnSan
x
x
Ander afschrift: vva103.
x
Materiaal papier
x
Edities P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 938.