Burgemeesters en raad van Groningen oorkonden, dat Johan Klinghe verklaarde aan het Heilige Geestgasthuis twee grazen land bij Hoytinghhuis te hebben verkocht en ze overdroeg.

Wy, borghermestere ende raet van Groninghen, bekennen ende betugen met dezen
openen breve, dat vor ons is ghekomen Johan Klinghe ende becande, dat hie
hevet vercoft den convente van den Hilghen Gheeste twe graze landes met al horen tobehoren ende daerto dat heem met sinen tobehoren, dat dat
Retschap gheheten is, daer de breef van spreket, daer desse breef dorghetoghen is, vor ene summe gheldes, de Johan vors. becande, dat hem vol
ende al betaelt is. Ende deze twe graze landes met den vors. heme droech Johan vors. up den vors. convente vry ende qwiit met allen rechte ende
eghendome eweliken to bruken ende to besitten. Dat orkunde wy met onser stad seghel. Ghegheven in den jaer ons Heren dusent vyerhondert ende dre
up sente Agathendach, do Wicbolt Everdes, Jarich Copins, Reynolt Hughinc ende Jacob Schelleghe borghermestere waren onser stad .

x

x

Fonds	Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr	1139
Olim	Naar het origineel in het rijksarchief te Groningen (Reg. 1386, no. 4), hoog 12, breed 22 cm, zijnde een transfix bij no. 764 (ogd764).
Jaar	1403
Datumcode	Agathe

x

x

x

Commentaar	Aan het stuk hangt het gewone zegel van de stad Groningen met contrazegel.

x

Materiaal	papier

x

Edities	P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 1139.