Burgemeesters en raad van Groningen verklaren, dat Johan Koning voor zijn dood over enig land bij Hoytinghehuis ten behoeve van het Heilige Geestgasthuis aldaar heeft beschikt.

Wy, borghermestere ende raet van Groninghen, bekennen ende betughen met dezen openen breve dat vor ons is ghekomen Johan Koning by gaen ende by
staen ende wetenheyt ziner zinne
ende becande, dat hie ghemaket hevet ziin testament um salicheyt ziner zielen ende hevet ghegheven onder ander ponten, de ziin testamentesbreef
inneholt, den convente to den Hilghen Geeste in Groninghe vyerdehalf gras landes met horen tobehoren, de gheleghen ziin by Hoytinghehues, tot
enen ewighen testamente vrij ende quiit eweliken ende erfliken to bruken ende to besitten. Dat orkunde wy mit onser stad seghele. Ghegheven in
den jaer ons Heren dusent vyerhondert ende vyer des Wonsdaghes na Palmesoendach, do Jarich Coppiins, Reynolt Hughinc, Jacob Schelghe ende Everd
Wicbolts borghermestere waren onser stad .

x

x

Fonds	Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr	1178
Olim	Naar het origineel in het rijksarchief te Groningen (Reg. 1404, no. 12), hoog 10,5, breed 22,5 cm.
Jaar	1404
Datumcode	EpPalmar

x

x

x

Commentaar	Aan het stuk hangen nog enige brokken van het gewone zegel van de stad Groningen met contrazegel.

x

Materiaal	papier

x

Edities	P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 1178.