Deken en kapittel der St Pieters-kerk te Utrecht dragen over aan de abdij te Dickeningen eene rente van 4 mudden rogge uit engbert jonghe wychers erve, de helft van 7 dagmaat hooiland geheeten die Beymaet, een vierendeel hooiland op Smalen-oeuer en eene rente van l Arnhemschen gulden uit het goed van wolter op die WETERiNGe, alles in het kerspel van Vhorst bij de Ryeste; - en dat in ruil voor Thelminge-erve c. a. in het kerspel van Westerhesselte in de marke van Hesselte, overeenkomstig eene daarover van de abdij ontvangen acte.