| Nummer:ogd0843 | Datum:13 nov. 1392 | Overlevering:Editie | Vindplaats:Oorkondenboek Groningen en Drenthe, nr. 843 |
De officiaal van Münster bevestigit de rechtspraak van de proosten van Humsterland.
Officiael des landes van Vreeslandt des stijfthtest van Munster, vicarius des eerweerdiges in Christo vader ende here, heer Otto bisschop van
Munster, doen kundich overmids dessen onsen breven, dat de eerweerdige mans, de provesten van Hummersum, van older gewoente, welckeer by eens
mensschen levende niet anders gewest is ende approbeert, plegen to rechten alle ssaken, de horen een geestelycken richter to rechten, se sinnen
gelegen tusschen geestlycke luede off leken, de woenachtich sint in der voers. provestye van Hummerssum unde de daer noch wonen, sint se
schuldich over to rechten. Ende want de jurisdictie, gelegen tusschen de geestlycken ende de leken der voers. provestyen, uut guede unde older
gewoente mit consent ende bevestinge des voergenoemden heren ende bisschop van Munster unde syner nakomelingen vredelijck unde vry gebruicket is
ende plegen to bruicken ende noch bruickende sint, welckeer autoriteet to rechten, als voers. is, opelycke gescheen is in de kercke van den
Oldenhove, als men de sacramenten daer ministreert, welckeer de eerweerdige man heer Hinrick, nu ter tijt provest in Hummersum, in den eersten
inganck der provestyen van Hummersum in tegenwoerdicheyt onser voervaderen hefft geleden, bywesende alse tugesluede als alle de klercken ende
geestlickheyt, de daer quemen de sacramente to ontfangen. In een tuychnisse der waerheyt hebben wy onsen segel an dessen breff gehangen.
Ghegeven int jaer ons Heren dusent drehondert unde twe end tnegentich up sunte Brixius confessoer.
Munster, doen kundich overmids dessen onsen breven, dat de eerweerdige mans, de provesten van Hummersum, van older gewoente, welckeer by eens
mensschen levende niet anders gewest is ende approbeert, plegen to rechten alle ssaken, de horen een geestelycken richter to rechten, se sinnen
gelegen tusschen geestlycke luede off leken, de woenachtich sint in der voers. provestye van Hummerssum unde de daer noch wonen, sint se
schuldich over to rechten. Ende want de jurisdictie, gelegen tusschen de geestlycken ende de leken der voers. provestyen, uut guede unde older
gewoente mit consent ende bevestinge des voergenoemden heren ende bisschop van Munster unde syner nakomelingen vredelijck unde vry gebruicket is
ende plegen to bruicken ende noch bruickende sint, welckeer autoriteet to rechten, als voers. is, opelycke gescheen is in de kercke van den
Oldenhove, als men de sacramenten daer ministreert, welckeer de eerweerdige man heer Hinrick, nu ter tijt provest in Hummersum, in den eersten
inganck der provestyen van Hummersum in tegenwoerdicheyt onser voervaderen hefft geleden, bywesende alse tugesluede als alle de klercken ende
geestlickheyt, de daer quemen de sacramente to ontfangen. In een tuychnisse der waerheyt hebben wy onsen segel an dessen breff gehangen.
Ghegeven int jaer ons Heren dusent drehondert unde twe end tnegentich up sunte Brixius confessoer.
x
| Fonds | Oorkondenboek Groningen en Drenthe |
|---|---|
| Nr | 843 |
| Olim | Naar een afschrift uit 15de eeuw, voorkomende in ms. 4o, no. 22b, blz. 71vo in de bibliotheek van het genootschap P. E. I. P. te Groningen. Ook gedrukt in Bijdr. tot de Gesch. en Oudheidk. van Acker Strating Feith en Boeles, III, blz. 157. |
| Jaar | 1392 |
| Datumcode | Bricci |