Nederlands (NL)  German (DE)
Nummer:ogd0901 Datum:14 aug. 1395 Overlevering:Editie Vindplaats:Oorkondenboek Groningen en Drenthe, nr. 901

De bestuurders van Drente huldigen Frederik van Blankenheim, bisschop van Utrecht, als heer.

Bron Recto Dorso Vertaling Relatie Zegels Materiaal Literatuur Index N.B.
Wij, wijsheyt, gesworen ende ghemene land van Drenthe, maken kond allen luden, want die eerweerdige in Goede vader
ende heer, her Frederic van Blanckenhem, bi der genaden Goeds bisscop tUtrecht, ons lieve genedige heere, ons gunstlic heeft
weder angenomen te beschirmen voir die gewelde, die ons lange tijt overgaen sijn uyt ende van Covoerden, ommedat dat huys tot Covoerde overmids
versettinge een wile tijds van den stichte van Utrecht verdwaelt heeft geweest, ende onse genedige here van Utrecht voirg. hem verboden heeft
thuys tot Covoerde mit sinen toebehoren te loessen, ende tgelt daeraff na inholdt sijnre brieve te betalen ende heeft die loesse gekundicht ende
dairtoe gedaen als behoerlic was, so hebben wij mit gueden voersynne ende mit gansen berade den voirg. onsen gnedigen heere van Utrecht
ontfangen voir onsen rechten landsheere ende hebben hem tot sijnre kirken ende sijns gestichts behoeff huldinge gedaen mit onsen eeden voir ons
ende onse nacomelinge tot ewigen daghen guede truwe gestichtslude te wesen ende te bliven, ende soelen voirt tot allen tiden, als een nye
bisschop tUtrecht koempt, denselven bisscop voir onsen rechten landsheere gunstlic ende lieflic ontfangen ende onsen genedigen heren voirg. ende
sinen nacomelingen, bisscopen tUtrecht, gehoersam ende bijstantich wesen in allen saken mit vlite ende mit truwen als guede ondersaten horen
rechten landheere schuldich sijn te doen. Ende sunderlinge soelen wij hem na alle onser macht helpen ende bijstaen thuys ende veste van
Covoerden tot des gestichts behoef van Utrecht altijt te holden ende te beschudden, ende oic te wederstaen alle dieghene, die hem hynderlic
wesen willen an der heerlicheyt slands van Drenthe te hebben, te berichten ende te gebruken, beholdelic ons ende den ghemenen lande daertendens
alle alsulker privilegien ende Drenths landrechts, als wij van olds gehadt hebben ende ons geconfirmiert ende besegelt sijn, onverkort te
bliven, sonder enigerhande argelist. In orkonde des briefs besegelt mit onss ghemenen lands segel. Gegeven int jaer ons Heren dusent dryehondert
vijff ende tnegentich up onser Vrouwen avonde Assumpcio.
Recto:
x
x
Fonds Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr 901
Olim Naar twee originelen in het rijksarchief te Utrecht, een afkomstig uit de landskist te Deventer (A), hoog 17, breed 29 cm, en het andere uit de landskist te Utrecht (B), hoog 17,5, breed 32 cm. Ook in afschrift in Div. I Fred. de Blankenheim, fol. 30vo, in het rijksarchief te Utrecht en een afschrift in het register Inv. no. 1607, fol. 49 (Inv. Bijl. blz. 218). Ook gedrukt bij v. Idsinga, Staatsrecht, II, blz. II en Dumbar, Analecta, II, blz. 347.
Jaar 1395
Datumcode vAssMar
x
x
Andere afschriften: gra650c, osai0961e en osai0961i.
x
Commentaar Aan het stuk hangt het zegel van Drente in groene was. Zie plaat I, no. 4.
x
Materiaal papier
x
Edities P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 901.