Burgemeesteren en Raad in Groeninghen oorkonden, dat mr. Johan Jarges voor hem verklaarde in uitvoering van het 'testament 'van zijn vader en tot zaligheid zijner ziel en die van zijn broeder en vrienden overgedragen te hebben aan kerkheeren en gemeene priesters van de St. Marten en St. Walburgenkerk de jaarlijksche renten van vijftien Arns. gulden en anderhalf gouden Rijnsgulden, waarvan de brieven spreken, waardoor deze brief getransfigeerd is, benevens een jaarlijksche rente van vier gouden Rijnsche gulden, waarvan een scheidsbrief tusschen zijn broeders spreekt, met last hiervoor jaarlijks op nader aangeduide termijnen 't ResponsoriumTenebre te zingen tij... welke gelegenheid aan elk aanwezigen priester tot dertig toe, 1 1/2 stuiver 'en aan den koster een priesters-aandeel zal uitgekeerd worden, terwijl de procurator van 't overblijvende eerst de waskaarsen zal 'bestellen '' en het overblijvende onder de priesters zal verdeelen tot koorpenningen.

Wy Borghemesteren ende raidt yn Groeninghen betueghen myt desen openen breve breve dat vor uns is ghekomen
Mester Johan Jarges ende bekande vor hem ende synen arffgenamen ..........saligen vaeders tetament ende um
salicheyt syn ende syn broeder met .... selen hevet upghe draghen ende avergegeven den karckheren ende den
gemenen preesteren van sunte Marten .............sunte Walburcen karcken yn unser Stadt ende hoeren
naekoemelynghen karckheren ende preester vyftyn arnsgulden ende de anderhalve rynsgulden renten nae vermelde
een ............breeff myt een transfix breeff tusschen syn broeders do wy daer aff gheseen hebben van Hermen Jarges
daer meer renten yn begrepen weren vry ende quydt yn allen formen ende maneren tho brueken ende tho besitten
als de selven breve daar van ynholden ende ut .....................Mit alsulcken vorworden dat de karckheren ende
preesteren vorscr. tot merer.................renten nae sullen syngen dat Responsorium Tenebre beghynnende in den
vrydach nae.......woensdach hen tho den ghueden vrydach tho nae de misse .................misse des...................
lidens ...................ende ellick preester de alsdan daer kunpt ...................anderhalven ........... hebben hen tho
dartighen yn dat ghetall oick sal de koster een preesters porcie hebben ende............daer nyet kumpt sal neet hebben
Ende de procuraetor ynder tydt sal van de ................de hyr moegen overloepen de waskeersen bestellen ende loepet
hir meer aver ................................... procuracestoe preesteren under den anderen delen vor koerpennyngen ende vorder truwlick...............
salige vaeder Mester Johan syn broeders ende vrunde sielen bydden Noch is ...............spreeken offte dat ghades
denst vorger. neet voert en genge eder geholden.................Mester Johan vorgen. offte syne arffgenamen de vorscr.
renten ................ uuth de vorgen. men ende up ander steden ende plaitzen ynde ere ghades gheven Sunder
arg................ oorkunde wy myt unser Stadt Segel Gegeven inden jaar unses heren dusent viffh.............ende dartich
up avende Andree apostoli do Johan Hoernken Everdessoen Hilbrandt Rolte.........Evert Mepsche ende Johan
Schatter Borgermester weren unser Stadt. E. Alting (handtekening) 11-17-62.
DORSO: De Erb.Albert Jarges Raedtsheer hefft sodane veer golden Rynsgulden Rente daer dese brieff under
anderen van vermeldende is witlick ende wall mit ene gherede summe gheldes affgelosset ende quijdt gekofftt
na breder inholdt seker besegelden brieff den syn Erb. daar up vanden heren pastoren ende procurator der
ghemenen priesteren in sunte Marten end sunt Walburgen karcken untfangen woe dit allent heer Franciscus
Schedam als procurator inder tydt der priesteren voerscr. voer my Secretario undergescreven persoenlicken
bekande Actum den soeven thynden dach Novembris anno -XVc twe ende tsestich

x

x

Archief	Groninger Archieven
Fonds	Arch. Parochiekerken
Toegangsnummer	1539
Inventarisnr.	0401
Regestnr.	738
Register Feith	1482.004.4
Jaar	1530
Datumcode	vAndree

x

x

x

x

Materiaal	perkament