Burgemeesteren en Raad in Groningen oorkonden, dat Johan Dreweres voor hen verklaarde overgedragen te hebben aan Johan Gerrijss als boedelgift, welke hij aan voorn. Johan Gerrijss en zijn vrouw toegezegd had, de jaarlijksche rente waarvan de brieven spreken, waardoor deze brief getransfigeerd is.

Wy borgermestere ende Raed in Groningen betugen myt dessen openen breve dat voer ons is gekomen Johan
Drewezes ende bekande voer em ende sine erffgenamen dat hevet upgedragen ende overgegeven Johan Gerrijssoen
ende sinen erffgenamen in betalinge des bodels dat Johan Dreweses vorscr. Johan Gerrijssoen vorgen. myt synre
huusfrouwen to bodele hadde gelovet te geven die Anderhalven gulden rente daer de breve van spreken dar desse
breeff doergetogen is Erffliken in allen manieren to boren to bruken ende to besitten alze de selve breve dair
aff inholden ende uutwysen sunder argelist. Dat Orkonde wy myt onser stad zegell Ghegeven inden jair
onse heren dusent vierhundert ende tsoventich des maendages voer palm Doe Gosen vanden Grave,
Johan Potter, Ulgar van Nortdycke ende Gosen van Dulck borgermestere waeren onser stad.

x

x

Archiv	Groninger Archieven
Bestand	Arch. Parochiekerken
Zugangsnummer	1539
Inventarnr.	0186
Regestnr.	248
Register Feith	1446.005.4
Jahr	1470
Datumcode	LaPalmar

x

x

Material	perkament