Reynolt van Steenwijc alias De Voss vestigt voor de abdij te Assen, als provene voor zijn dochter Herbrant een losrente van 6 Groninger mudden winterrogge uit zijn aandeel in de tienden te Schoonloo in het kerspel van Rolde; met bepaling dat hij geen genot van de tienden zal hebben, voordat de abdij de 6 mudden ontvangen heeft, en dat, in het geval dat Herbrant sterft voordat ze non wordt, Reynolt het losgeld moet betalen om in het genot van de 6 mudden te komen.

Wy Reynolt van Steenwyc anders gheheten de Voss bekenne ende betuge myt dessen openen
breve voer my ende voer myne erfgenamen dat ic ghesat hebbe ende zette den Convente van Assen als van
de provende Heebrandes mynre dochter over myn deel des tenden tot Schoenloe in den kerspel
van Rolde sess mudde wynter roggen Groninger maete jaerlix to boeren uyt den deel myns tenden
vorscreven op de tyt als men in Drenthe stede mudde plecht to betalene hend ter tyt dat ic Reyno
lt [sic] vorscreven off myne erfgenamen den Convente van Assen vorscreven betalen anderhalff hundert gulden den gulden
voer XII vlemessche groten to betalene off payment dat in der tyt der betalynge daer guet voer
is. Ende uyt mynen deel des tenden vorscreven so en sal ic Reynolt vorscreven noch myne erfgenamen ghene mudde boren
eer den Covente [sic] van Assen hoer zess mudde vorscreven betaelt sin. Ende desse mudde rogge vorscreven mach ic
Reynolt vorscreven off myn erfgenamen losen na mey dage hent to sante Jacobs misse unversumet. Ende weert
saeke dat ic off myn erfgenamen se losen wolden na sante Jacobe so were den convente vorscreven de mudde van den
ynkomenden jare voerschene. Voert sint v......de weert dat Heebrand myn dochter vorscreven aff livich
worde eer der tyt dat se hoersam dede nochtant solde ic Reynolt vorscreven off myn erfgenamen betalen de ander
halff hondert gulden vorscreven eer der tyt dat ic boeren mach de sess mudden roggen vorscreven. Ende want ic
Reynolt vorscreven wil dat den Convente vorscreven desse vorwarde vorscreven stede ende vast blyve sullen, so heb ic
Reynolt vorscreven beneden an dessen breeff gehangen myn segel voer my ende voer myn erfgenamen. Gegeven int jaer
ons heren M^o CCCCXVI op der hiliger dryer konyngen dach.

x

x

Archief	Drents Archief
Fonds	Arch. Abdij Assen
Inventarisnr.	33
Regestnr.	37
Jaar	1416
Datumcode	Epipha

x

x

Commentaar	Met geschonden zegel in (groene?) was.

x

Materiaal	perkament
Afmeting (mm)	210/135

x