Burgemeesters en raad van Groningen verklaren, dat Heyme Wenkes en vrouw aan Nyze den Vos en vrouw een huis met erf hebben verkocht en overgedragen.

Wy, borghermestere ende raet van Groninghen, bekennen ende betughen met dezen openen breve ,
dat vor ons ziin ghekomen Heyme Wenkes ende Wemele, zijn wiif, ende becanden, dat zie hebben
vercoft Nyze den Vos ende Lutgharde, zinen wive, dat steenhues met der hofstede ende met al sinen tobehoren achter ende vore, daer de breve van
spreken, daer deze teghenwardighe breef dorghetoghen is, in allen ghevoghe ende in allen manyren als de vors. breve inneholden, vor ene summe
gheldes, de Heymen ende Wemelen vors. vol ende al betaelt is. Ende dit vors. steenhues droghen Heyme ende Wemele vors. up Nyze ende Lutgarde
vors. ende horen erfghenamen vrij ende quiit met allen rechte ende eghendome eweliken to bruken ende to besitten, beholden elken manne siner
rente in den vors. steenhues na inholt der vors. breve. Dat orkunde wy met onser stad seghele. Ghegheven int jaer ons Heren dusend drehondert
viif ende neghentich up sente Marcusdach, do Wicbolt Everdes zone, Everd Sickinghe, Johan van den Berghe ende Radinc Hornekinc borghermestere
waren onser stad.

x

x

Fonds	Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr	877
Olim	Naar het origineel in het rijksarchief te Groningen (Reg. 1386, no. 7), hoog 12, breed 24 cm, zijnde een transfix aan de oorkonden van 8 September 1386, no. 760 en van 25 Januari 1389, no. 796.
Jaar	1395
Datumcode	Marci

x

x

x

Commentaar	Aan het stuk hangt het gewone zegel van de stad Groningen met contrazegel.

x

Materiaal	papier

x

Edities	P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 877.