Een koopakte voor de eeuwigheid
Oorkonde van de maand
Drents Archief, Arch. Abdij Assen, inv.nr. 12, reg. 110, 24 februari 1494. (ass110)
Deze oorkonde is een koopakte. Koopakten werden in de middeleeuwen net als tegenwoordig vaak op schrift gesteld. Het ging dan vaak om de verkoop van een rente (lening met onderpand) of onroerende goederen. In deze akte wordt aan het klooster te Assen een boerderij verkocht. Bijzonder aan deze koopakte is dat er als aparte voorwaarde een memoriestichting in is opgenomen. Tekst van de oorkonde ...
De verkoop
In deze akte verkopen Johan Boldewijns en zijn vrouw Lamme hun boerderij, genaamd Boldewijnsgoed, aan abdis Reynalt Jarghes en het convent te Assen. Voor hoeveel geld precies staat niet vermeld. Zeker is wel dat het klooster het verschuldigde bedrag naar volle tevredenheid van Johan en Lamme heeft voldaan.
De marke
Boldewijnsgoed is gelegen in de marke van Schoonloo. De marke was het gemeenschappelijke en onverdeelde grondbezit van een (Oost-Nederlands) dorp, in het bijzonder de onontgonnen grond. Een aandeel in de buurschap en de marke heette een 'waar' of 'waardeel'. Het bezit van waardelen gaf ook recht op het weiden van schapen, koeien of andere beesten.
'myt waer ende schaer, toe holte ende toe velde'
Zoals in meer middeleeuwse akten is ook in deze oorkonde sprake van bijzonder taalgebruik met rijm en metriek. Boldewijnsgoed wordt verkocht 'myt waer ende schaar, toe holte ende toe velde'. Letterlijk betekent dit: 'met het aandeel in de marke en de bevoegdheid een bepaald aantal stuks vee te laten grazen in de gemeenschappelijke marke, met het bos en weiland.' Dergelijke standaardformuleringen werden vaker gebruikt in akten en dus was de betekenis ervan aan de bij de transactie betrokkenen bekend.
Stoklegging
In de akte wordt stoklegging gedaan. Deze juridische term kom je in Drenthe dikwijls tegen in akten die de verkoop van onroerende goederen betreffen. Het symboliseert de inbezitstelling van een goed door de verkoper aan de koper. Je kunt onroerend goed immers niet optillen en aan de koper overhandigen. De verkoper legde bij de verkoop van een vast goed een stok of een graszode op de grond; de koper nam hem op in aanwezigheid van getuigen. De symbolische handeling wordt in de akte beschreven. In deze akte doet een bekende van Johan en Lamme, Coep Hiddinck, de stoklegging aan de abdis van het klooster, Reynolt Jarghes. De in de akte genoemde 'dedingsluden' zijn de getuigen van de stoklegging.
Een eeuwige levensverzekering
Met de verkoop van het goed stichten Johan en Lamme beiden een memorie. Dit betekent dat de Asser nonnen na de dood van het echtpaar liturgische handelingen zullen verrichten ter bevordering van het zielenheil van de overledenen. De namen van Johan en Lamme worden opgeschreven in het dodenboek van het klooster. Aan de hand van zo'n dodenboek of memorieboek wist het klooster wie op welke dagen herdacht moest worden. Dit gedenken gebeurde door middel van het opdragen van een mis voor de overledene, het afkondigen van zijn of haar naam, of het bezoeken van het graf van de dode. Ook bij de overdracht van goederen aan andere kloosters, kerken en geestelijke instellingen vonden memoriestichtingen plaats. Na de Reformatie werden geen memoriediensten meer gehouden.
Middeleeuwse datering
De akte is gedateerd 'int jaer ons heren dusent vierhondert ende vier ende tneghentich up sunte Mathias dach des hilgen Apostels', dus in 1494 op de dag van St. Matthias, een van de twaalf apostelen van Jezus. De feestdag van Matthias vond plaats op 24 februari, behalve in schrikkeljaren. In schrikkeljaren werd namelijk, net als tegenwoordig, in februari een dag toegevoegd, alleen gebeurde dat niet aan het eind van de maand maar op 24 februari. Een keer in de vier jaar viel Matthiasdag dan ook op 25 februari. Dat de schrikkeldag in februari valt, komt omdat het Romeinse jaar oorsponkelijk op 1 maart begon. Daarom heten de maanden vanaf september naar de Latijnse woorden septem (7), octo (8), novem (9) en decem (10). Vanaf 1 maart gerekend zijn dat namelijk de zevende, achtste, negende en tiende maand.
Zegel 'sur double queue'
Het zegel dat aan de oorkonde gehangen heeft, is nu verloren. Aan de originele akte is het reepje perkament waar het zegel aan hing, wel bewaard gebleven. Het strookje perkament is door een insnijding in de pliek (de dubbelgevouwen onderkant van een oorkonde) geschoven en daarna dubbel gevouwen. Hierdoor ontstaat een dubbele zegelstaart. Het zegel werd om de staart heen gevormd. Deze methode van bevestiging noemt men 'sur double queue': met dubbele staart.
De tekst van de oorkonde
Ick Johan Boldewyns ende Lamme myn echte wyff bekennen ende doen kundich in dessen breve dat wy myt vryen willen ende gueden beraede voer ons ende onse rechte erffgenamen verkofft hebben ende verkopen ewelike ende erfflike stedes vastes kopes der ersamer abdissen ende vrouwen Reynalt Jarghs ende den ghemenen convente van Assen onse erve ende guede gheheten Boldewijns guet ende alden eyghendoem den wy hebben in den guede ende erve voerscreven myt waer ende schaer, toe holte ende toe velde, myt al synen toe behoer ende rechte, woe ende waer de oock ghelegen synt in der marcke offt buten der marcke van Schonloe ende onder den clocken van Rolde voer eyne summe ghelds de ons vul ende al betaelt is tot onsen willen. Ende in sunderlinge vorwerde bekenne wy Johan ende Lamme voerscreven dat wy der ersamer abdissen ende convente voerscreven vernoeghet hebben uut dessen selven guede voerscreven ende ghekofft hebben voer ons beyden toe hebben ende toe holden eyne ewige memorie ons toe setten in dat doeden boeck ende voer ons toe doen als dat ghewoentlick is in den cloester voerscreven. Ende ick Johan ende Lamme offt onse rechte erffgenamen voerscreven willen ende sullen den convente voerscreven rechte waerschap doen van dessen guede voerscreven, woe ende vake des noet is ende hebben ghebeden ende vulmachtich ghemaket den ersamen Coep Hiddinck onsen vrent voer ons ende onse erffgenamen den stock toe leggen dat ick Coep voerscreven ghedaen hebbe ende hebbe den stock ghelecht omme bede willen Johan Boldewijns ende Lamme voerscreven der ersamer vrouwen Reynalt Jarghs abdisse voerscreven voer den buren van Schonloe als de ersame Clawes Poppingen, Johanne Schoyers ende Roloff Koyters. Hyr hebben an ende over ghewest de ersame Johan Knasse ende Coep Hiddinck als dedingeslude an beyden siden de ersame Helmich Stellinx amptman in der tijt des cloesters voerscreven ende Sygher Abts van des cloesters weghen. In oerkunde der waerheit hebbe wy Johan ende Lamme voerscreven ghebeden den ersamen Coep Hiddinck voerscreven synen vader Johan Hiddinck van onser twyer weghen toe bidden dessen breeff voer ons ende onse erffgenamen toe bezeghelen dat ick Coep voerscreven gedaen hebbe ende hebbe mynen vader ghebeden. Ende ick Johan Hiddinck umme bede wille Coeps voerscreven want he des machtich was van Johan ende Lammen voerscreven hebbe myn zeghel voer hem ende oer twier erffgenamen beneden an dessen breeff ghehangen int jaer ons heren dusent vierhondert ende vier ende tneghentich up sunte Mathias dach des hilgen Apostels.